vrijdag 30 december 2022

Bezoek Grande Faille du Fond des Cris.

Donderdag 29/12/2022 Gids: Patrice, Sc Avalon: Toon, Len en Peter, Sc Cascade: Dirk, Benoit, Stijn, en nog twee anderen waarvan ik de naam niet onthouden heb. Sorry mannen. Om 10u30 afgesproken op de parking van de via ferrata aan de Rue des carrieres in Chaudfontaine. De grot bevindt zich aan de overkant van de weg in de hoek van een verlaten steengroeve. Na de kleine opengemaakte ingang begint de lange schuine en comfortabele breuk, op het einde onderbroken door een putje van een zestal meter. Hierna begint snel het sportieve gedeelte van de grot. Via de puits Pas Triste, het putje dat iedere bezoeker zich zeker zal herinneren. Smal, modderig en glad is het makkelijk om af te dalen, het uitklimmen vraagt iets meer energie. Hierna volgt een smalle diaclase waar je bovenaan moet blijven,een gladde tobbogan en gekruip tussen een tremie om aan de twee mooie en grootse zalen te komen. In de schuine brede en zeer hoge breuk hangen wonderlijke concreties, op plaatsen bijna zo doorzichtig als ijs. Via een kort stukje kruipen en wat omhoog en laag klimmen over modderig en gladde blokken komen we op het einde van onze tocht. De grot heeft nog veel potentieel vertelt Patrice maar daar moet voor gewerkt worden en het ontbreekt de club aan jonge en gemotiveerde mensen. De terug weg verloopt heel vlot tot aan het befaamde putje. Met de rem die vol modder hangt en van het touw glijdt is het een langzaam proces. Het was een heel mooie grot om te bezoeken, heel blij dat we de kans gekregen hebben. Helaas geen foto's gemaakt door ons maar wel door Cascade. Bedankt aan Patrice om ons te gidsen en aan de leden van Cascade voor het gezelschap.

woensdag 16 november 2022

Fagnoules, zoveelste karweidag

Geen enkele grot heeft mij/ons al zoveel werk bezorgd als deze. Maar dit is een topgrot, en dus verdient ze het om tot het einde der dagen toegankelijk te blijven. Gisteren zaterdag, grote werken in de Fagnoules dus. 9-koppige ploeg (Toon Van Hoye, Len van Roeyen, Annette Van Houtte, Paul De Bie, Jonathan Demaret, Kjel Dupon en nog 3 Styx'ers. Bedankt iedereen voor de hulp!

Ik had de weken voordien al veel materiaal verzameld. Er was bv. 75 kg turbobeton dat ik in halve zakken had gedaan. Buizen ter onderstutting, een kitzak vol gereedschap, boormachine, slijpmachine, graafbakken enz. Normaliter zouden we dat een week geleden met zijn drie (P&A, Erik) zijn gaan doen, maar bij het zien van de berg kitzakken hadden we toch maar wijselijk besloten om naar een andere grot te gaan.

Ditmaal was de ploeg groot genoeg, we maakten een mensenketting en het materiaal was aldus op een kwartier ter plaatse: in de Salle des Arcs. Daar splitsten we op. Annette en ik zouden eerst met de dam beginnen, terwijl de andere 7 doorheen de Siphon 2 zouden gaan. Achter die sifon hadden we vier maanden geleden al een grote operatie gehouden. Toen was er uit de sifon (die door de megacrue van 2021 vrijwel onpasseerbaar was geworden), wel 3 ton grind en zand geschept en dat was toen provisoir op de oever opgestapeld, tegengehouden door een net van kippengaas. Niks dat eeuwig zou standhouden, en dus moest al dat grind vandaag nog eens 15 m verder worden gebracht naar een betere stockageplaats.

De 7 man sterke ploeg was daar al gauw een uurtje of 3 mee zoet. Ze braken vervolgens heel de lelijke kippengaasafrastering af, en gingen dan op verkenning in de rest van de grot. Wat amusement op de traversees boven de waterval, en dan heel de réseau Oufti-Amaai en de prachtige galerie Océade bezocht. Iedereen onder de indruk!


Op het programma van Annette en mij stond o.m. het maken van een nieuwe afdamming ter vervanging van de oude, houten dam. Die stond daar al exact 20 jaar, ongelooflijk toch. Maar was stilaan rot geworden. Die dam had destijds gediend om de rivier te kunnen capteren en in buizen doorheen de Siphon 2 leiden, tijdens het gigantische project waarbij we heel die sifon hebben geëlimineerd. In principe is de dam nu overbodig, maar onlangs had hij zijn nut toch weer bewezen. Die dam kan immers de rivier een tijdje (15-20 min) tegenhouden, wat het mogelijk maakt om in de Siphon 2 onderhoudswerken uit te voeren, of er bij hoog water doorheen te geraken.

Vandaag maakten we dus een nieuwe dam, en wel een gegoten in gewapend beton. Eerst werd een bekisting gemaakt van Styrodurplaat (heel makkelijk op vorm te snijden) en een nieuwe buis geplaatst (met grotere diameter en afsluitbaar met schroefdeksel). Dan veel turbobeton gemaakt, gemengd met stenen. Heel veel gebricoleer dus, maar tegen 15 u was het wel grotendeels klaar. Verdere afwerking is voor volgende week.





Vervolgens moesten we een blok onderstutten met buizen. Dat was door de crue van 2021 komen los te hangen, en iedereen kruipt er op die plek onderdoor. Laten vallen was geen optie want erboven hangt wel een ton los puin. Een uur later was het min of meer en hoofdzakelijk psychologisch onderstut. Moet nog beter!

 Enkele meters daar vandaan, had ik in juli een gaatje opgemerkt in de vloer, dat er vroeger niet was. Ook alweer door die megacrue ontstaan. Ik had er toen even met Erik aan gewerkt, waardoor we enkele meters dieper hadden kunnen kijken. Het was echter te instabiel om af te dalen. Dit keer had ik percuteermateriaal bij (ook dat nog) en nadat enkele grote blokken waren geëlimineerd, kon ik voorzichtig twee meter lager in een klein zaaltje plaatsnemen. Een gat in de vloer tegen de zijwand, ging nog wel 2 m dieper. Weer blokken ruimen dus. Toen probeerde ik eens erin af te dalen, maar mijn borstkas blokkeerde en dus kroop ik terug omhoog. Amper uit het gat stortte alles met veel geraas onder mij in! Oef, effe geluk want 5 seconden eerder had ik eronder gezeten!

Het gat was nu wel véél ruimer en dus kon ik makkelijk verder. Annette volgde voorzichtig. Een vrij grote gang, duidelijk een rivierbedding, liep naar rechts (stroomaf) en naar links (stroomop). Dit laatste was ruimst en dus bekeken we dat eerst. 10 meter verder, zowaar een flink zaaltje (een meter of vier) en het liep op zicht nog verder, alleen lag daar een groot blok in de weg. Terug stroomafwaarts dan maar, naar ons beginpunt. Na wat verbreden geraakt Annette daar een meter of 5-6 verder. Best interessant allemaal, een meter of 20-30 erbij. We veronderstellen dat deze rivierbedding naar een andere perte in de doline moet leiden. Wat leuk is: het Systeem Fagnoules-Buc zal hierdoor de 3000 m lengte overschrijden. Wordt vervolgd dus, topo zal ook voor volgende week zijn.

Aangezien er nog geen spoor van de anderen was, hebben Annette en ik alle kitzakken (ze waren nu toch véél lichter) al tot in het ingangszaaltje gebracht. Toen de anderen daar arriveerden, zegden ze mij dat de 4 Styxers, er langs de boveningang uit wilden en al waren vertrokken. Oei, die mogelijkheid hadden we vanochtend wel geopperd, maar met een gids natuurlijk. Want dat is een best ingewikkeld traject met tal van afslagen waar je verkeerd kan lopen, en vooral een weinig evidente cheminee van 17 m hoog die je moet uitklimmen, in een zone waar er nog zo’n 4 andere zijn!  Dus dat plan kon best wel eens héél lang duren of mislukken, en het was al tegen 18 u dus niemand wilde daar nog lang staan wachten.

Kortom, ik die mannen achterna. In de Salle Goelasnuf had ik ze al te pakken en zo zijn we vlotjes in een halfuurtje via de boveningang naar buiten geraakt. De andere 5 waren toen al lang buiten, natuurlijk.

Topdag in een topgrot.

maandag 7 november 2022

Interclub vakantie in de Lot (29/10/2022 tot 5/11/2022)

Zaterdag 29/10 vertrek om 7.30u vanuit Schoten, ik mocht meerijden met Paul van Immerseel. Eerst nog Annemie gaan oppikken en weg waren we voor een trip van 11 uur richting Lot.

Aangekomen aan de gite waren er al heel wat mensen aanwezig en we konden meteen aanschuiven aan een heerlijke kaasschotel. De avond werd gevuld met praten en kennismaken met iedereen.

Zondag 30/10: dit weekend werd er van alles georganiseerd rond de grotte de Pech Merle voor zijn 100 jarige bestaan en deze zondag was er een ambachtsmarktje op het pleintje voor de grot. Hier werd er uitgelegd hoe onze voorouders vroeger leefden en jaagden, muziek maakten, silex bewerkten enz.


Wij gingen te voet van de gite naar ginder, een wandeltocht van 7,5 km heen en 7,5 km terug.

Bij de terugweg wilden Annemie en ik de rivier blijven volgen maar dit was echter onmogelijk, de begroeiing van bramen versperde letterlijk onze weg. Dan maar terug naar de begane weg, deze even gevolgd en dan toch weer een alternatief pad genomen en zo onze weg op gps proberen te zoeken. Een zeer avontuurlijke wandeling waarbij we nog enkele grotjes zijn tegengekomen. Als we ‘s avonds terug aan de gite waren stond de teller op 17 km. Dit was al meer dan genoeg voor een eerste opwarmertje, pfff.

Maandag 31/10: Vandaag ga ik met Eric Claes, Guido de Keyzer, Ivo en  Ben Verloy een foto tocht doen in de grotte de la Racinne( comunne de Bouziès).

Deze grot dankt zijn naam omdat er halverwege de grot een gigantische, meters lange wortel in een put naar beneden hangt, zeker 10m hoog/lang. Het is geen grote grot, twee zalen die spijtig genoeg door veelvuldig bezoek redelijk vervuild zijn. Maar hier en daar zijn er toch nog mooie dingen te ontdekken zoals het plafond met uitgeholde marmieten die redelijk wit zijn gebleven. Er is ook een zeer speciale formatie te zien. Het lijkt op een gigantische disque maar is het niet. Je kan het vergelijken met een afgezaagde  hele dikke boomstam( diameter 1m) waar je de levenslijnen in kan zien en deze plakt dan tegen het plafond, echt heel raar. Uiteraard is hier heel wat tijd gespendeerd om foto’s te trekken.

Dinsdag 1/11: Bedoeling was om een Via Feratta te gaan doen maar het huisje waar je materiaal kon huren was gesloten. Telefoontje gedaan en ‘s avonds werd het materiaal geleverd aan onze gite, wat een service. Dus moest er een alternatief gezocht worden en zijn we samen met enkele anderen op een toeristische uitstap geweest naar Rocamadour.

Woensdag 2/11: s’Ochtends was het zeer mistig, we zagen zelfs de rotsen niet meer waar we vandaag onze Via Feratta du Liauzu  zouden gaan doen. Dus hebben we de ochtend al wachtend doorgebracht tot de zon erdoor kwam en het terug een stralende dag werd.

Het parcour bestond uit een gele( gemakkelijke 1h30u) en rode( moeilijkere 2h30 à3h) weg. Wij kozen voor het rode parcour maar halverwege kon je overstappen naar de gele als je wilde en bijna op het einde was er ook nog een escape route waar je kon stoppen indien je te moe werd. We werden getrakteerd op magnifieke vergezichten en een grotje onderweg. Ik vond het een zeer leuke ervaring, zeker de enorme hangbrug was spectaculair. Toch ook wel pittige tocht, vooral omdat er ergens een kleine overhang was dat veel kracht vergde in je armen. Uiteindelijk dan toch voor de escaperoute gekozen, het was genoeg geweest voor iedereen. Super toffe belevenis!



Donderdag 3/11: In de voormiddag gaan we met z’n allen de préhistorische grot “ Pech Merle” bezoeken in  Cabrerets. Zeer zeker de moeite waard zowel de grot op zich als de fantastische tekeningen die er te zien zijn.


Na de middag ben ik terug op een fototrip geweest naar de grot “Igue de Geniez”. Ook weer een kleine grot met een ingangsputje van 15m gevolgd door een zaaltje en nog ergens een klimmetje van 6m. Ook hier werden er vele foto’s genomen met telkens een andere manier van belichting enz… Tegen 19.00 u waren we terug aan de gite en konden we genieten van een lekker paella.




Vrijdag 4/11: De laatste dag vakantie alweer en het was voor de eerste keer slecht weer. Dus, samen met Anita en Guido wat gaan toeristen. Eerst naar Domme gereden, een middeleeuws dorpje. Daarna naar Sarlat-la-Canéda waar we in een Engelse Pub met fantastische muziek,  mosseltjes met frietjes aan 14 euro hebben gegeten. Als laatste stop op de terugweg nog even in Gourdon rondgewandeld en zo terug naar de gite.

Het was weer een leuke vakantie met vele bekenden en vrienden onder elkaar.

Verblijfplaats: La Fleche Bleue gite in Orniac

Tekst en foto's : Michaëla  (behalve de foto waar ze zelf op staat natuurlijk)


zaterdag 29 oktober 2022

Bezoek Noû Bleû.

Afgelopen zaterdag hebben we de kans gekregen om de Grotte du Noû Bleû te bezoeken, een parel die al lang op het verlanglijstje stond. Onze eerste gids François Vanbrée arriveerde net na ons aan de steengroeve terwijl Albert Briffoz, onze tweede gids, twee Poolse speleos op bezoek in België aan het station ging oppikken. Jakub en Ania hebben op de korte tijd dat ze hier zijn al heel wat Belgische grotten bezocht. Ze vertelden dat ze in Poolse grotten niet zoveel concreties zagen, gelukkig zouden ze er daar vandaag genoeg van zien.
De grot is ontdekt doordat de steengroeve een gang heeft doorsneden, hierdoor zijn er twee ingangen en een rondtrip mogelijk. We zijn via ingang twee binnen gegaan. De eerste zalen zijn onmiddellijk al heel mooi. Daarna zijn we via een lange hoge galerij met donkere rotsen en een contrasterende bleke zanderige bodem gegaan. Letterlijk weinig kruipen in deze grot. Hierna kwamen we aan een passage die jammergenoeg veel geleden heeft onder de overstromingen van vorig jaar. Alhoewel nog altijd heel mooi is de witte met kristallen en gours bedekte vloer bedekt onder een dikke slijklaag. Via wat klauterwerk kwamen we in de hoogste en grootste zaal. Deze grot heeft indrukwekkende volumes. Oep zen Fraans zeggen mijn clubgenoten.
Via een korte afdaling aan touw belandden we in de rivier. Deze is soms smaller en hoog met sneller stromend water en naarmate je het einde nadert worden de volumes ook weer groter en groter. De wanden zijn bedekt met een zwarte blinkende laag. Zoals meestal eindigt ook weer hier alle plezier op een sifon. Maar het is wel een indrukwekkend lange rivierpassage.
Het is een fantastische grot om te bezoeken, groot, afwisselend, weinig kruipen en praktisch geen modder. Bedankt aan onze gidsen, Jack, Len voor de foto's, Erik voor het vervoer en Toon, Jacuba en Ania voor het gezelschap.

maandag 5 september 2022

Jaarmarkt in Edegem 2022

Het eerste weekend van september is er altijd de "Jaarmarkt" in Edegem en daar stonden wij, als Edegemse vereniging, al voor de 13de keer met een speleobox waarin jong en oud zich een heel weekend lang kan amuseren!
De jaarmarkt van Edegem is een echt fenomeen; er komen werkelijk tienduizenden mensen op af want iedereen is het erover eens: dit is een feest voor jong en oud. 
De formule is nochtans eenvoudig: heel het centrum van Edegem wordt autovrij gemaakt. Alle Edegemse verenigingen krijgen er plaats en middelen om "iets" te doen. Dat kan een infostandje zijn, een biertent, een eetgelegenheid, een danspodium, ..., of een speleobox. Bedoeling is uiteraard om de vereniging in  de kijker te zetten, en er een cent mee bij te verdienen. 

Ook de vele plaatselijke café's en handelaars doen mee. Edegem centrum verandert feitelijk in één gigantisch café/restaurant. Een echte kermis zorgt voor nog meer plezier, en een vuurwerk zaterdagavond luidt enkel maar het begin in van nog urenlang feesten. Gooi daar zondags een rommelmarkt tegenaan waarin de dorpelingen hun "rommel" aan spotprijzen verpatsen. Een rommelmarkt die straten en straten doorgaat (komt geen einde aan!). Zorg voor een boel randanimatie, met dansoptredens en vooral muziek. Op het podium aan jeugdhuis Het Varken speelt menig bandje zich de ziel uit het lijf. 
Zaterdagnamiddag zag ik er The Subtitles de boel in vuur en vlam zetten. Hun 8 minuten durend nummer "Sambucca" bleek de ideale soundtrack voor een video-impressie van de jaarmarkt, die je hier kan zien: https://youtu.be/YAoeSEwAvBI (te bekijken op groot scherm en zet de muziek maar luid genoeg!). Opmerking voor de audiofielen: er zitten enkele haperinkjes in de muziek, dat ligt aan mijn opname en niet aan de muzikanten. Die mannen konden perfect ritme houden!

En alles is gefilmd met een Samsung smartphone dus ook niet echt iMax kwaliteit hé.

Voor ons als sportvereniging is het telkens weer flink doorwerken, maar het geeft echt veel voldoening om al die kinderen (en soms volwassenen) de speleobox te zien ontdekken. Na de eerste, afwachtende en schoorvoetende stapjes in de duisternis van de box, zijn ze weg om 5 minuten later glunderend en roepend uit de uitgangsbuis te schuiven: "nog eens!". Die speleobox lijkt klein maar er is bijna 45 m doorheen nauwe gangetjes te kruipen!

Afgelopen weekend zijn er aldus weer vele honderden kinderen door die box gekropen. En in de latere uurtjes, menige volwassene die zich eerst de nodige moed had ingedronken...
Het weer was schitterend (op een regenbuitje na zaterdagavond laat) en de sfeer zat er zoals steeds flink in.

Dank weer aan alle clubleden die een handje kwamen toesteken. Dank aan de gemeente Edegem die dit volksfeest telkens weer mogelijk maakt. 

Tot in 2023 !




donderdag 4 augustus 2022

Battery power washers ... nextgen in conservation

De laatste tijd geraak ik omwille van verschillende redenen nog amper onder de grond maar dat neemt niet weg dat ik nog wel met speleologie bezig ben. Ik ben nog redelijk actief op het internet waaronder ook op het  UK caving forum het is daar dat ik een tijdje geleden in contact ben gekomen met een Engelse speleoloog die ook heel hard inzet op grotbescherming. 

Het was in één van zijn posts dat hij aanhaalde dat hij tegenwoordig hogedrukreinigers op batterijen gebruikt om modder en vuil van concreties te spuiten in grotten. 

Wij in België hebben ook wel wat ervaring met hogedrukreinigers in grotten. Denken we maar aan de grote opkuis actie in de ST-Anne Opkuisactie in de Sainte-Anne (2012) Maar het gebruik van hogedrukreinigers op batterijen is denk ik nog niet echt in gebruik bij ons. 

Daarom hierbij wat informatie die ik van Dr. Andrew Peter Glanvill  (Aka Mrodoc) heb gekregen en die ik van hem mocht gebruiken om dit bij een groter publiek kenbaar te maken.

Eerst een testimonial van Peter van hoe hij heeft getracht om andere mensen te inspireren in de UK.

Cleaning Devon Caves

Recently I decided to take the cordless jet washer back to Devon in an attempt to inspire others to do some cleaning. The washer has a 3-metre hose allowing a bit of leeway with where it is used but obviously it is most convenient near a water source.  If longer term work is planned siting containers under reliable drips in drier parts of a cave is the way round this problem. Accordingly, when we visited Baker’s Pit it was corner at the bottom of the Main Chamber where a small stream flows that we chose for an initial attempt.  It was impressive to see a featureless muddy roof and wall being restored to clean white limestone and when we finished the patch we were working on, Lee Knight pointed out patches of green malachite in the roof that had never been seen previously.

A few weeks later and I took the opportunity on three occasions to work in Pridhamsleigh Cavern.  This is frequented by large numbers of outdoor groups throughout the year and most of the passages are now walking sized, so much mud has been transported out of the cave. However much remains on the walls either by smearing or the obnoxious habit of throwing mud balls at them.  Accompanied by different cavers, on 3 recent occasions, we have focussed on the Junction Chamber area where we started on the stalagmite flows in there. It is quite addictive when you get started, seeing the mud flow away revealing a stal banks true colours.  In the roof muddy nubs were exposed as typical Devon stubby clear helictites and the brown featureless walls were transformed into white veined surfaces. We knew we were getting somewhere when we spoke to group leaders preparing to enter the cave and found they noticed it was looking cleaner! On the most recent trip we moved on to the Deep Well where there is a particular fine flow that has now been restored to its former glory.  Kieran is now talking about conservation tape. I am hoping a virtuous circle will be develop once people notice how nice sections of the cave now look and will desist from muddying them again.

Maar een foto zegt zoveel meer dus hieronder enkele action shots.





Ik hoop dat dit mensen op ideeën brengt en deze manier van werken ook zijn weg kan vinden bij ons. Naast alle andere manieren natuurlijk. Want de manier met kleine drukvatjes of een hogedrukspuit op 220V kan natuurlijk ook nog. Ik aanzie dit als een goede aanvulling op de reeds gekende manieren.

De gebruikte tools zijn van het merk Worx hydrospot tools maar er zijn reeds verschillende alternatieven op de markt verkrijgbaar

Credits : 

Dr. Andrew Peter Glanvill  member of
Bristol Exploration Club
- Devon Speleological Society
- Grampian Speleological Group

dinsdag 19 juli 2022

De eerste doorsteek Wuinant-Haminte

De ploeg explorators die al enkele jaren in het Système Wuinant-Haminte aan het werk is, keek al maanden uit naar de beloning: het maken van de eerste integrale doorsteek van de Wuinant naar de Haminte. Een parcours dat zijn gelijke niet kent in België. Anderhalve kilometer doorheen een galerij van grote afmetingen (vaak 10-15 m breed), in een somptueus decor; een vrijwel eindeloze opeenvolging van grote stalagmitische massieven in alle vormen en kleuren, die reflecteren in het water van de vele bassins. Maar ook, een 50 m lange semi-sifonerende zone waarin zelfs bij “droge” omstandigheden enkele lage passages en 2 vrije duiken moeten worden gedaan. 

De vorige poging, in mei 2022, mislukte (zie https://scavalon.blogspot.com/2022/05/anticlimax-in-de-wuinant.html ) omdat heel de rivier buiten (La Magne) in een gat verdween dat spontaan was ontstaan in de twee dagen die onze poging-tot-doorsteek voorafgingen. 

Vandaag 17 juli 2022 stonden 4 Walen, 4 Vlamingen en 1 Pool te popelen om het eindelijk af te ronden: Annette, Krzysztof, Erik, Paul van Avalon, Patrice (GRSC), Robert/Bobo (C7), Jonathan (SCAN), Charlotte (RCAE ?) en Stijn (Cascade). Frits en Jack konden er jammer genoeg niet bij zijn .

Het had weken niet geregend, een echte hittegolf. Maar opnieuw verdween de hele Magne in een gat in de bedding, ditmaal helemaal stroomopwaarts. 

Heel de Magne verdwijnt in dit bassin (foto: Patrice)

Het debiet was niet enorm (+/- 15 l/s) maar het stond vast: dat water kwam in de Wuinant terecht en wel helemaal stroomopwaarts. Nu is er in de grot een eind verder stroomafwaarts (op nog 1 km van de P40 van de Wuinant) een groot verdwijnpunt in de ondergrondse rivier. Het is de “Perte Principale”, waarin vaak alle water verdwijnt (en we weten nog steeds niet waarheen!). In zulke omstandigheden stroomt er dus geen water verder richting P40; en alleen dan kan je de sifonnerende zone voorbij geraken. Alles zou ervan vanaf hangen of die “perte principale “ vandaag al dat water kon absorberen. 

We zijn er klaar voor! (foto: Paul)

We hadden afgesproken in Olne. Rond 11 u stapte een vreemd uitgedoste karavaan doorheen het bos naar de Wuinant. Verbazend ver !  

Op weg naar Trou Wuinant (foto: Paul)

Neopreentjes aan, en de P40 af. Gauw kwam het nieuws dat er onderaan de P40 een riviertje stroomde. Dat was heel slecht nieuws, want dan zitten de sifons vrijwel dicht. Hoe was dat toch mogelijk! Echter, de eerste man was Stijn, een duiker (een waterrat dus) en de tweede Jonathan, die het daar niet kende. Het water stond zowat 30 cm boven de rode verfstreep die het maximum niveau aangaf waarbij het nog min of meer veilig doenbaar was. Eén keer ooit hadden we het gedaan met 10 cm erboven en gezegd: hoger mag het écht niet staan!

De eerste lage passage, een korte “duck” met doorgaans 10-15 cm lucht en gemakkelijk, sifonneerde compleet. Tegen dat ik beneden kwam, waren Stijn en Jonathan al doorheen die sifon verdwenen en was geen enkele communicatie meer mogelijk. In deze sifon hangt een touw om onder water te volgen, maar ik wist dat het daarachter erg laag bleef en we hadden dus geen enkel zicht op de lengte van de duik (en wie erdoorheen was, kon het ons evenmin vertellen). Je kon bovendien niet staan, we dobberden als eenden rond. De twee dames waren allerminst gerustgesteld, ze hadden dat nooit eerder gedaan. Patrice dook eronder door, wat later wezen 3 rukjes aan het touw uit dat de volgende mocht komen. Dat was Charlotte, die even nodig had om voldoende moed te verzamelen. Ik volgde dan ook, je moest over 1 meter onder water, erachter was 20 cm lucht maar weer heel diep water. Annette kwam nu ook, maar kwam proestend en hoestend boven, ze had al een flinke borrel rioolwater geslikt. Lastiger dan dit mocht het echt niet worden!

Ik maakte me nu heel ongerust want ik wist dat het verderop wél veel moeilijker werd. En ik maakte me ook zorgen in de overduidelijk slechte lucht. Tien meter verder, de gevaarlijkste duik. Altijd al een lastige, met rotsuitsteeksels in het plafond waar je onderwater in hapert, en een duiklijn die het speleotouw kruist en waarin je blijft haken. En dat touw, dat moest je op de tast zoeken onder water, zelfs de ankerpunten zaten onder water vandaag! 

Maar, je kan wel communiceren met iemand die er voorbij is, want er is een nauw gat op hoogte. Met veel moeite duwde ik mijn kitzak doorheen dat gat naar Charlotte, en ik zag dat mits de bodem ervan weg te graven, het misschien wel mogelijk was om daar zelf doorheen te geraken ook. Ik groef 1 minuut en raakte dan compleet buiten adem. Heel beangstigend, ik kreeg gewoon niet genoeg lucht meer. Ik besefte dat de lucht veel te weinig zuurstof bevatte, bovendien zaten we hier met 9 mensen in de hele lage ruimte tussen diep water en plafond, in wat eigenlijk maar klokken tussen sifons waren. En met zijn negenen verbruik je heel gauw die paar m³ (slechte) lucht! Levensgevaarlijk gewoon, ik kende maar al te goed de tragedie van Langstroth Pot  (zie onderaan).

De lastigste duik. Oude foto (van Jack); tijdens onze doorsteek zat zelfs het ankerpunt van het touw volledig onder water.

Wat doen: terugkeren was al bijna geen optie, een deel van de ploeg was al verderop. Hier nog lang vertoeven was ook geen optie. Terwijl Annette vergeefs probeerde of ze doorheen dat nauw gat geraakte, vond ik wat adem terug en ik dook door de passage. Onder water geraakte mijn been in iets verstrengeld: een kitzak die Patrice was kwijtgespeeld. Terwijl ik al watertrappend (het was hier 2 m diep) met dat ding worstelde, voelde ik er nog een tweede. Moraal: kitzakken die zinken zijn geen goed idee. Annette kwam nu ook, ik tastte onder water tot ik haar voet voelde komen en trok eraan. Slecht plan: ik trok mezelf ook onverwacht kop onder en zodoende lagen we allebei te proesten en hoesten. Ik bleef op post om Krzysztof te helpen. Maar die dook veel te ver onder water door (chocowater uiteraard) en kwam spartelend boven, net onder mijn kin en gaf me een flinke uppercut. Waardoor ik keihard op mijn tong beet. Kortom, miserie, miserie!

De volgende 20 meter gingen vlotter, prachtig stuk waarin je tussen de stalactieten waadt die in het water hangen, hier en daar nog een lage passage, niks ergs meer. Normaal is dit een diepe modderbak, nu een zacht kabbelende beek. 

Oef, iedereen was erdoor en we hergroepeerden onderaan de helling die naar de Réseau du Flair loopt. 

Stijn was al eens naar de Siphon 2 gaan kijken, want 100 meter verder hadden we nog een echte sifon te duiken. “Dat gaat wel, ik denk maximum 3 m lang” zegde hij. 

Hier begint Siphon 2 (foto: Stijn)

Wablief? Dat zou echt wel te gevaarlijk zijn voor sommigen van onze ploeg. Ik ging zelf eens kijken, gevolgd door Erik. Maar gelukkig was het er niet anders dan anders, wel stond het water wat hoger. Een dak van zowat 1,5 à 2 m lang dus, die sifon hadden we al vaak gedaan.

Gerustgesteld trokken we naar de Réseau du Flair, die we drie jaar geleden ontdekten. Er waren nooit foto’s gemaakt in de 2 grote zalen en ik had daarvoor alle fotomateriaal voorzien. In beide zalen maakten we destijds hoge beklimmingen, een foto vanaf daar zou nog indrukwekkender zijn geweest, maar daarvoor was nu geen tijd.

De bovenste grote zaal van Réseau du Flair

En de onderste grote zaal (foto's: Paul)

Intussen trok de rest van de ploeg al verder, om daar het klimtouw uit de Escalade des Cowboys te gaan halen, een karweitje voor Jonathan en Bobo.

Jonathan komt weer omlaag met ons klimtouw aan de gordel. We kunnen weer klimmen! (foto: Paul)
 

De Wuinant met water: schitterend (foto: Stijn)

Sprookjeswereld (foto: Stijn)

De rest van het verhaal is gauw verteld: de duik doorheen de Siphon 2 ging vlotjes (proficiat Annette & Charlotte!) en de doortocht van de rest van de grot was zoals steeds fantastisch. Van het ene bassin in het andere, gelukkig hadden we een neopreen aan. Eindelijk zagen we die grot eens met een stromende rivier! Na een kilometer bereikten we de “Perte Principale” en inderdaad: die absorbeerde niet alles. Een goede afdamming zou hier anders wonderen kunnen doen. Maar willen we dat wel, de Wuinant droogleggen?  

Het verdwijnpunt van de rivier zit links. Een klein beetje ging nog rechtdoor richting P40 (foto: Paul)

Rustig aan trokken verder, terwijl we Stijn nog wat assisteerden voor het maken van zijn (héél goede) foto's.

Postkaartje! (foto: Stijn)

Sommigen waren het water en de extreme voûte-mouillantes nog niet beu en dus toonde ik hen de indrukwekkende Grande Diaclase, verdedigd door een 7 m lange waterpassage met slechts 5 cm lucht. 

Er voorbij sta je in een bijna 20 m hoge kloof, die we ooit nog willen uitklimmen! 

Bobo komt terug van de VM (foto: Patrice)

Daarna volgde een dik half uur worstelen om met al onze kitzakken en vooral in onze neopreens doorheen te Haminte te spartelen. Om 17 u stonden we buiten: wat een tochtje! 

Het was een privilege om dit te mogen/kunnen doen. En nogmaals hulde aan het onvermoeibare desobstructieteam onder leiding van Patrice en Francis, dat meer dan 80 dagen in de Haminte werkte om finaal die droge boveningang aan de Wuinant te maken!
Hulde ook aan Annette die hier echt haar grenzen verlegde want door sifons duiken is echt niet haar ding. Maar waar een wil is, is een weg! Ik ken weinig mensen met zo'n sterk karakter. 

Boven: Charlotte, Annette, Krzysztof, Patrice, Stijn. Onder: Bobo, Paul, Erik, Jonathan


Videoimpressie van onze doorsteek hier: 
https://www.youtube.com/watch?v=_FlU-l-2t8c

Meer artikels over onze explo's in de Wuinant:
https://scavalon.blogspot.com/search/label/Trou%20Wuinant

Sifons vrij duiken: bezint eer ge begint!

Vrij duiken van sifons in België is (gelukkig) raar of zelden nodig. Hoe ludiek het ook kan zijn wanneer het allemaal goed gaat, het is een gevaarlijke onderneming, de veiligheidsmarge is erg klein en de risico’s zijn groot. Je kan onderwater blijven vasthangen of in de verkeerde richting gaan (in België is de zichtbaarheid sowieso nul). Of je kan bovenkomen waar er nog steeds te weinig luchtruimte is. Dat overkwam me ooit tijdens de explo’s in het Systeem van Bretaye: ik dook onder een dak door maar kwam boven in een plaatsje met maar enkele vingers lucht. Paniek gegarandeerd! En paniek is dodelijk. Het water is misschien je grootste vijand, maar de lucht is paradoxaal genoeg de tweede grootste. Luchtklokken tussen sifons bevatten vaak héél slechte lucht. De CO2 accumuleert er en het zuurstofgehalte daalt tot dodelijke waarden. In maart 2022, tijdens de explo’s op het massief van Les Croisiers (Vesdre), kwamen Cascadeduikers Stijn Schaballie en Randy Verlinde in een luchtklok terecht met minder dan 5% zuurstof. Als je daar 2 keer in ademt, bezwijm je ter plekke.

In Yorkshire gebeurde in 1976 een tragisch ongeval waarbij van de 6 speleo’s er 3 stierven. Dat staat gerelateerd op pagina 82 in het prachtige boek van Martyn Farr “The Darkness Beckons” 

https://issuu.com/naf4d/docs/the_darkness_beckons_inside

Langstroth Pot was een bekende doorsteek, een bijna ludieke zaak waarin na wat putten, enkele korte sifons vrij moesten worden gedoken. De eerste dook erdoor, kwam in de luchtklok, dook de volgende sifon en klaar. De tweede volgde, belandde in de luchtklok, ademde enkele keren voor de volgende duik en bezweek ter plaatse. De derde, denkende “hij is erdoor” volgde ook en stierf ook onmiddellijk in de luchtklok. De vierde volgde en stierf idem ditto. Nummer 5 en 6 overleefden het en moesten gered worden, aangezien ze hun touwen hadden doorgetrokken en niet terug konden. Nadien bleek dat een andere ploeg speleo’s kort voordien ook de doorsteek had gedaan. Zij hadden de lucht in de klok verzadigd met CO2....

Maar we moeten het niet verder gaan zoeken dan… Trou Wuinant, waar in 1971 de 20-jarige Dirk Van de Wee, probeerde om de sifonnerende zone vrij duikend te passeren. Hij overleefde het niet. 

Moraal van het verhaal: wat we in de Wuinant deden was niet zo verstandig en is niet voor herhaling vatbaar. Zolang de eerste voûte-mouillante (“duck”) openstaat, kan er lucht circuleren doorheen heel de sifonnerende zone, tot aan de immense volumes van de Réseau du Flair. Dan zou in principe de luchtkwaliteit redelijk goed moeten zijn. Als deze passage echter volledig dichtstaat, dan bestaat het vervolg uit deels sifonnerende passages met luchtklokken tussen. En dan is het koffiedik kijken…


woensdag 11 mei 2022

Anticlimax in de Wuinant

Zaterdag 7 mei 2022 : Vandaag zouden we de allereerste integrale traversee Wuinant-Haminte doen. De (vele) afspraken waren gemaakt, de (strikte) timing was door Patrice opgesteld, het restaurant om onze prestatie te gaan vieren, was gereserveerd.  Het weer was al wekenlang goed (droog dus), er stroomde amper water in de Magne, en om niets aan het toeval over te laten, was Jack met een vriend afgelopen dinsdag de Wuinant afgedaald via de P40, om te checken of de voûte-mouillantes en de korte duikpassages passeerbaar waren, want sedert de megacrue van juli 2021 waren we daar niet meer doorheen geweest. Resultaat van deze inspectie (tot voorbij de S2 zelfs): alles was OK, er stroomde geen water beneden de putten, groen licht. Dat kon niet mislukken!

Maar is er niet ergens een spreekwoord over het vel van de beer verkopen? 


Iedereen arriveerde op het afgesproken uur (14 u) in Olne, aan de kant van de Haminte dus. We waren met tien, dus dat zou grote ambiance worden daar beneden: Patrice, Frits, Charlotte, Bobo, Kjel, Jonathan, Jack, Annette, Erik en Paul. Neopreenpakken aan en dan nog bijna 1,5 km doorheen de weiden, in de hete zon, naar de Wuinant. Dan besef je pas wat voor een doorsteek dit is: de tweede langste van het land, na de grot van Han-sur-Lesse uiteraard. Een traject van 1450 m ondergronds! 



Aan de ingang van de Wuinant trokken we onze uitrusting aan, nog wat laatste grappen (de ambiance was er al) en weg waren wij. Ik ging als eerste de putten af. Bijna beneden meende ik even om voor de grap: “het sifonneert” omhoog te roepen, maar dat zou toch niemand geloven. Vijf meter lager, einde touw, ik maakte mijn afdaler los, keek even rond en viel dan bijna omver van verbazing: water! Jawel, de gang die dinsdag nog kurkdroog was, stond tot bijna het dak vol water. Ik riep dus omhoog: “het zit dicht, het passeert niet!” en zoals verwacht, dacht iedereen dat ik een grapje uithaalde. Dat kon toch niet? 


Maar toch wel dus. Ik had toch mijn neopreen aan en ging even op verkenning, 40 meter bijna verdronken galerij, met twee lage passages (10 cm lucht) tot aan de plaats waar normaliter het water pas begint. Vanaf hier zou het vandaag allicht over wel 50 m afstand sifonneren, dus verder gaan ging toch niet. Terug omhoog dus, puf puf puf ! Buiten trof ik heel de bende met heel sip gezicht aan. Daar ging onze doorsteek! Wat een anticlimax!

Om de dag te redden splitsten we in drie groepen:

- Jack, Charlotte, Bobo en Jonathan gingen toch de P40 af (Jonathan had die nooit gedaan). Ze deden daar beneden ook de 40 m “bijna verdronken” galerij zodat Charlotte toch ook al eens een “voûte-mouillante” kon doen. Al bij al een leuk stukje grot. 




- Frits en Kjel gingen eerst aan de resurgentie kijken en dan de bedding van de Magne inspecteren. De resurgentie stroomde, en ze konden het niveau ervan verlagen (wat zelfs de ploeg in de Wuinant opmerkte). En stroomopwaarts in de bedding vonden ze een flinke perte, waarin heel de Magne verdween. Deze situeerde zich boven de Affluent du Léopard. Maar die moet heel recent (tussen woensdag en vrijdag) zijn ontstaan! Dat gat moet dus wel worden dichtgemaakt... In ieder geval is er weer aangetoond (dit is al de tweede maal) dat een kleine perte buiten volstaat om de voute-mouillantes te doen vollopen. Het blijft tricky en onvoorspelbaar.

- Patrice nodigde Annette, Erik en Paul uit voor een bezoek aan de nabij gelegen Chantoir Faweu-Mika. Ons niet onbekend, we hebben daar lang geleden enkele malen aan gewerkt. Maar gauw opgegeven want een echt riool waarin de drollen ronddrijven. De GRSC gaf er niet op, begon 15 m verder in een "proper" gat te werken en heeft daar nu een grot van -100 m geëxploreerd (-75 en 25 m al duikend). Enfin Patrice had wel wat overredingskracht nodig, want Annette en ik hadden geen droog onderpak bij (enkel een intussen natte neopreen); het was al tegen 16 u en intussen was het flink aan het regenen. Maar kom, wie niet waagt die niet wint. Wij dus mee naar daar.
Afdaling in een éboulis tot zowat -50, dan komt men in ruimere gangen en kers op de taart is een prachtige dalende drukgang die finaal op de sifon eindigt. Tochtje van 2 uur, en toen we buitenkwamen bleek er een kletterend onweer te zijn gevallen. Bedankt Patrice om ons deze mooie, sportieve grot te tonen!

Daarna met heel de bende naar het café-restaurant “Le Montagnard” waar we tegen 19:30 hadden gereserveerd.  Heel leuke avond onder vrienden, met (teveel) lekker eten – vooral de “chocolademoelleux” . En het werd best laat voor een dagje speleo. Kortom, al bij al een dag die ik niet had willen missen. En die doorsteek, die komt er zeker nog eens van...


Paul De Bie  (foto's: Jack, Charlotte & Paul)