maandag 20 juli 2015

Weekendje werken in Ourthevallei

Grotte des Surprises - Zaterdag 18 juli 2015
Annette & Paul: Weer naar Réseau Lumbago, “de” spleet… Intussen de 7de keer dat we aan die verticale spleet werken, trouwens. Puin geruimd van de vorige plop (1 uur). Dan beginnen graven om de spleet dieper te maken (1 uur). Toen bleek dat de wand “voos” was van een van de vorige plops en enkele uren later waren er diverse grote platen afgebeiteld, waardoor we nu plots "veel" plaats kregen, daar beneden. Op den duur geraakte Annette eindelijk met het hoofd vooruit in het zo gewenste vervolg. Maar helaas: daar is een kruispuntje van 3 zeer nauwe spleten. En weinig tocht. Na een uur graven in zeer lastige positie, geraakte ik er ook in. Unaniem besloten we het hier bij te laten, hier verder werken zou echt onmenselijk zijn. Jammer van alle werk, maar helaas.
DE spleet in de Lumbago: over and out

De rest van de namiddag groeven we in het droge zandgangetje, vlakbij, waar we vorige keer ook werkten. Daar werd een uiterst rare vondst gedaan: plots groef ik uit het zand een zeer oude, roestige sleutel op. Hoe is die hier geraakt? We zitten hier zeker 15 m onder de oppervlakte! Onverklaarbaar, maar het gangetje heeft nu een naam: Boyau de la Clef. Tegen 17 u waren we echt uitgeput. Geheel achteraan vertrekt een konijnenpijpje schuin omhoog, met flauwe tocht. Niks om ons echt vrolijk te maken, alles heel nauw. Maar het graaft er wel erg makkelijk.
De sleutel dan: veel blijft er niet van het metaal over, maar na bestudering denk ik toch dat het een ding is van meerdere eeuwen oud. 
De sleutel tot het vervolg?


Vallée du B.... – Zondag 19 juli 2015
Vrijwel maagdelijk valleitje – speleologisch gesproken dan – waar Annette en ik enkele jaren geleden ons oog op hadden laten vallen. Enkele dagen prospectie hadden ons daar toen een tiental grotingangetjes opgeleverd (maar we hebben de vallei nog niet helemaal kunnen afwerken). In enkele daarvan hadden we al gewerkt, sommigen zelfs getopografeerd (A116-A117-A118).
Een mooie ingang aan de voet van een rotsmassief, A127, leek ons toen bijzonder interessant maar op dat moment zaten er dassen in want het was winter. Vandaar dat ik er nu terug heen ging, ’s zomers zitten die er meestal niet.

Twee foto's van onze vroegere werken in A127

Maar dit keer was er een ander probleem: in de ingang lag een dode ree, mogelijk van de rotswand erboven gevallen. Het beest verwekte tot op 20 m afstand braakneigingen. Ik slaagde erin het kadaver uit het gat te trekken (= adem 1 minuut inhouden) en ver weg te keilen, maar daarna was het helemaal niet meer te harden. Hier kunnen we de eerstkomende maanden echt niet terugkomen, het “sap” van het kadaver is er echt in de grond getrokken. Verandering van plan dus.

Een ander gat, A128 werd aangevallen. Heel kleine ingang, maar na 2 uur graven zat ik al 2 meter ver in een nauw pijpje dat nog verder liep. Flauwe aanzuigende tocht. Maar na een gevecht met een dikke boomwortel, die hier dwars door de gang liep, gaf ik het op. Terugkomen met beter materiaal!
A128 na een uur graven

A126 dan, in feite een verzameling van ingangen. Een ervan hield met een uurtje bezig, maar bleek gewoon in relatie met een ander gat, 3 m verder. Maar de hoofdingang had een verrassing in petto. Uit dit gat blies bij momenten een uiterst felle tocht. Na wat stenen aan de kant te hebben gelegd, kon ik zowaar 5 m ver kruipen in een mooi gangetje, vol met droge bladeren (door dieren aangebracht). Daar was er een zeer korte vernauwing in de pure rots (20x10 cm ?). Erachter zag ik een meter of 3-4 verder. Uit het gat blies bij momenten een zeer hevige tocht, hoorbaar zelfs.
Stukje video hier:
https://www.youtube.com/watch?v=YvQwPpAqZfo

Mogelijk slechts een relatie met andere ingangen, doch ik heb er een goed oog in. Wordt dus vervolgd.

1 opmerking :

  1. Filmpje nu pas gezien en dienen tocht is echt wel goed. Dit week-end dan toch nog grotten zo net voor de expé. Pas toch maar op met die ribben van jou :-)

    BeantwoordenVerwijderen