Volg goede moed trokken Annette, Friedemann en Paul opnieuw naar de Hyperventilateur. Maar we bleven op onze honger zitten: de doorgang werd nog niet geforceerd, en het ziet er naar uit dat dit nog wel een paar dagen werk zal zijn. Opnieuw, zwijnig werk, temeer daar de werkplaats nu vol water was gelopen. Dit is geen zwijnengat meer, maar een Zwijnenbak! Echter hierop waren we voorzien, lang leve de steelpan.
Zie de foto (overigens, het werd een beetje een pechdag over heel de lijn, want de Pelicase waarin het fototoestel zat ging op de terugweg open in de Siphon Moche. Gevolg één fototoestel vol bruin modderwater gelopen, ongetwijfeld goed voor vuilnisbak.
Terwijl er 2 in de Zwijnenbak aan het werken waren, hield de derde zich warm met de lastige lage doorgangen in de Hyperventilateur zelf uit te graven. Het passeert al heel wat vlotter nu.
Dus, neen, we deden vandaag geen grote première. Maar we kregen al wel beter zicht op het vervolg. Het wordt na zowat 1,5 m groter (passeerbaar, denken we), en we zien een donkere ruimte. Duidelijke echo, en bij momenten de hevigste tocht die we ooit in de Fagnoules voelden. GRRR, wat zit hier achter!! De spanning blijft te snijden, het ongeduld om terug te gaan is groot. Maar het volgend weekend zit dat er niet in, en daarenboven, op 2 andere plaatsen (De Frigo en Trou des Côtes) staan we op de rand van een doorbraak(je).
De dag werd afgesloten met een tripje in de beginzone van de Chantoir de Buc, waar we in onze Zwijnenbak vlakbij zitten. Echter nergens voelden we diezelfde, felle tocht als in de Fagnoules.
Geen opmerkingen :
Een reactie posten