woensdag 17 maart 2010

Iedere maand een klassieker.

door Bart

Door de vele graafprojecten her en der, worden de klassieke grotten wel eens vergeten. Frans programmeerde daarom op zondag 14 maart de Galerie des Sources.


We waren uiteindelijk met z'n vieren: Frans, Bart, Herman en Jos.
Na nog een goei zjat koffie ten huize Beyens-Van Gestel, vertrekken we om 9.00 u richting grot in Frans zijn nieuwe bolide. Zoals meestal tegenwoordig, staan we alleen aan de grot. We kunnen ons in het zonnetje omkleden en er hangt al wat lente in de lucht. Het steile pad naar de ingang is snel genomen. Bart krijgt de eer de poort te openen. Het slot van de ingangspoort heeft echter dringend wat olie nodig, maar uiteindelijk lukt het dan toch om ze open te krijgen. We bezoeken eerst op ons gemak de onderste reseau's.
De rode verf waarmee de wanden en zelfs de concreties besmeurd zijn, blijft voor elke speleo toch een totaal onbegrijpelijke misdaad. Hoe kan je zoiets doen? Gelukkig zijn er hier en daar nog enkele mooi bewaard gebleven stalagtieten en mieten. We stellen ons wel de vraag of de betonnen stalagmiet echt moet: volgens ons is het er mooier zonder! We begrijpen de bedoeling, maar....
Daarna gaan we op weg via de 'trechter' naar de verste, lage zalen. Het vraagt wat kruipwerk, nergens echt lastig, maar sportief genoeg. We amuseren ons best, ook al moeten we soms wat zoeken naar de beste doorgangen. Bart equipeert de klim over de 'ezelsrug' naar de Grande Salle. Dit gaat vlotjes, zoals te verwachten. Frans en ik volgen. We kruipen even later doorheen het mooiste gedeelte van de grot. Dit deel is het best bewaard gebleven. De weg ernaartoe is wat sportiever en het zijn de verst gelegen delen van de grot. Op onze buik kruipen we naar de eindtremie. Plots zie ik in de verte licht... Verdorie? Hoe kan dat? Ik denk even dat het de weerspiegeling is van Bart zijn straf licht in een waterplas, maar dat kan bij nader inzien niet. Misschien zitten er andere speleo's? Hoe zijn die daar dan geraakt? We kruipen vlug dichterbij en dan zie ik plots...een poort? Even denk ik dat Bibiche aan de andere kant zit.( we hadden gehoord dat Bibiche weer ergens bezig was). Ik roep dan ook: 'bonjour Bibiche!'. Maar dan zie ik bladeren en takjes en ik besef dat het buitenlicht is dat hier doorheen de poort schijnt, en geen electrisch licht van een speleolamp. Verdorie, nu kan je dus direct van buiten in deze afgelegen delen van de grot. We proberen even of de UBS-sleutel past, maar zoals verwacht, zullen we via dezelfde weg terug moeten.
De terugweg verloopt vlot en we staan even later weer buiten. We gaan de nieuwe ingang in't bos zoeken en deze is al vlug gevonden: een opvallend putje, uitgegraven in de keien en na een tweetal meter de nieuwe poort. We dalen verder af naar de auto en moeten ons in de regen omkleden. Gelukkig wacht het droge café in Celles. We verwerken dit nieuws bij een Rochefort of twee en plannen onze volgende klassieker. Vanaf nu doen we er elke maand éentje. Iedereen welkom.

Jos

Geen opmerkingen :

Een reactie posten