Naar buiten gevlucht voor de rook die verscheen in Salle Enfin, ter hoogte van de doorgang naar de 3 zaaltjes. Onderweg nog een plop gezet in plafond aan de lage doorgang waar het steeds instort, tussen Grande diaclase en Licorne. Wat meer plaats is daar immers welkom.
Nu, de graafplek in Renard lijkt minder hoopvol dan gedacht. Licht blazende tocht (ondanks heet weer buiten: normaal hadden we aanzuigende tocht verwacht). Maar het heeft er zichtbaar tot aan plafond vol water gestaan (sapins d’argile) dus mogelijk een “cul de sac” die vol water is gelopen. En die tocht, is dat niet gewoon een circuit met de Salle Enfin die erboven ligt? De toekomst zal het uitwijzen.
Zaterdag 27/7/2013: Broeiend heet en zeer onweerachtig. Annette en ik dienen naar de grot te spurten in een apocalyptisch onweer. Het is zo donker in het bos dat we onze helmverlichting moeten aanzetten! We koersen door een gordijn van water, met onze regenjassen over onze speleopakken. Tegen dat we aan de grot zijn, zijn we mestnat. De ingang ligt op 30 seconden open, we jumpen er in en het is pas daar dat we onze doorweekte regenjassen uittrekken.
Eerste werk: het puin ruimen van de plop tussen Grande Diaclase en Licorne. Annette sleurt er twee enorme blokken uit, voor mij zijn zo’n inspanningen nog steeds niet mogelijk. Volgend karwei: na het metselputje, is er een instabiele puinhelling die al deels van een draadraster is voorzien. Ik plaats nog een vierkante meter extra draadraster, nu is alles prima gestabiliseerd. Intussen boort Annette een gat op een andere interessante plek: daar horen we een echo, en water in een putje druppelen. Die plop zullen we straks wel laten springen, wanneer we naar buiten gaan.
Paul knutselt |
Verder maar, naar de Galerie du Renard. Onze dubbele plop van vorige keer heeft zoals gevreesd aan de rechterkant niks gedaan. De passage blijft dus te smal maar toch graven we anderhalf uur tot het echt te lastig wordt. Het blijft zeer laag, bijna tot het plafond opgevuld met modder. Kortom, weinig aanlokkelijk, ware er niet nu en dan een zucht frisse tocht...
Intussen ben ik niet meer in staat veel te doen (die vervloekte ribben toch!) en we rillen van de kou. De kleffe modder hier in combinatie met onze van regen doorweekte pakken is niet zeer aangenaam.
We splitsen op: ik ga een plop zetten ergens bovenin de galerij boven de Galerie du Renard. Je ziet er via een gat een uitnodigend vervolg. Maar geen zier tocht... Dubbele plop.
Annette gaat in een zijgang van de Salle Enfin verder werken. Rudi en ik waren daar in april, na een uur timmeren op een vernauwing in het calciet, 5 meter opgeschoten met einde voor een nieuwe vernauwing waarin een pilaar stond. Die pilaar ging Annette nu met hamer en beitel te lijf. Ook nu weer duurde het een uur maar ze geraakte er wel door. Ze verdween een paar minuten. Ik kon niet volgen, want de eerste vernauwing (die Rudi en ik hadden verbreed) was vandaag geen optie voor mij. Annette deed een meter of 10-15, einde op een vervolg dat ze liever eens met mij deed. Lief hé.
Annette keert terug na haar stukje première |
We gaan onze spullen schoonmaken in het kleine beekje aan het bruggetje bij Marc. Een uur werk want die Surprises is een wreed vettige grot. Daarna nog een frisse Leffe bij Marc drinken, en dan naar huis. Het was een drukke dag.
Materiaal kuisen in het enige beekje in de omgeving |
Leuk verslag. Bedankt
BeantwoordenVerwijderen