woensdag 30 mei 2018

Precieze hoogteliggingen dankzij Lidar

In het verleden gaf ik al eens uitleg over hoe je gebruik kan maken van Lidar oppervlaktemodellen om virtueel te prospecteren. 
http://scavalon.blogspot.com/2016/01/virtueel-prospecteren-met-lidar_21.html
En toeval of niet (zou ons blog dan toch worden gelezen?) na deze publicatie begonnen ook anderen die Lidar luchtfoto's her en der in speleoartikels te beschrijven of gebruiken.

Vandaag wil ik nog een extraatje prijsgeven.
Speleo’s die met topografie bezig zijn, of inventariswerk doen van karstverschijnselen, worstelen steevast met het probleem dat het buitengewoon moeilijk is om precies te weten op welke hoogte een grot ligt. En dat is vaak broodnodig:

  • Je wil een topografische synthese maken van meerdere grotten in één gebied.
  • Je wil een topo uitwerken  van een complexe grot met meerdere ingangen.  
  • Je wil  weten hoe diep de ondergrondse rivier zit ten opzichte van haar resurgentie.
Tot op heden moest je een stafkaart bekijken en aan de hand van de hoogtelijnen kon je dan met veel geluk de hoogteligging van je grot(ten) op 5 à 10 m nauwkeurig aflezen. Volstond dat niet, dan was een precieze oppervlaktetopo vanaf een punt waarvan de hoogteligging exact gekend was, de enige optie. Het NGI heeft een toepassing waarop je al deze “geodetische punten” kan opvragen: http://www.ngi.be/gdoc/index.html?lang=nl

Wilde je enigszins juist werken, dan moest je die topo met een optische waterpas of een theodoliet maken! Ik heb met Annette de voorbije 10 jaar dan ook menig stukje van België “gewaterpast”.  Zie bv. http://scavalon.blogspot.com/2011/02/een-dagje-waterpassen_18.html

Tussen haakjes:  een GPS is niet echt bruikbaar, zelfs in de ideaalste omstandigheden waarbij hij een maximum aan satellieten kan zien, is de gemeten hoogte te onnauwkeurig voor ons doel. Dan kan je veel beter op de stafkaart kijken! 
Maar voortaan kan het anders. Weer op het GIS systeem van de Waalse Overheid, WalonMap.

Hoe je in daarin alle nodige lagen toevoegt  en hoe je het gebruikt, ga ik niet (weer) uitleggen.

Hier een link naar de bron van Fontaine de Rivire, ik heb ineens enkele interessante lagen toegevoegd zoals de Akwa, de recente luchtfoto, het Lidar terreinmodel. http://geoportail.wallonie.be/walonmap#SHARE=6D6D89088AB1687CE053D0AFA49D9D36#CTX=DDB

Hoe nu weten op welke hoogte die bron precies ligt? Met het knopje Mésurer, dan Profil altimétrique. Trek met de muis een lijntje door het gewenste punt en dubbelklik. Een mooi grafiekje opent en je kan daar zelfs met de muis doorheen schuiven ook.  Aldus zien we dat de bron op 122,13 m hoogte ligt.



Maar er is veel meer mogelijk! Je kan trouwens ook een hele polygoon tekenen en pas op het einde dubbelklikken, zo maak je met enkele muisklikken het hoogteprofiel van een hele vallei. Of hoe het terrein van de ene naar de andere grotingang verloopt. Een lengteprofiel van een rivierbedding maken, een doorsnede van een doline tekenen: kinderspel. En geloof me vrij het is precies, ik heb vele checks gedaan en dit is op de decimeter juist. Gedaan dus met waterpassen ?  
Maar het wordt nog leuker want het is een fantastische aanvulling bij het “virtueel prospecteren met Lidar”.  Bv. ik zie op de Lidarfoto een doline (nr 561-024), en wil weten hoe diep ze is, voor ik in mijn auto spring om de ontdekking van het jaar te doen. Klik klik en zo weet ik dat deze doline tussen de 3 en 6 m diep is.


Nog beter: de Lidarscans worden voorzien van een artificiële schaduwing omdat je er anders geen reliëf in zou zien (het zijn dan enkel miljoenen puntjes). Dit is de “Hillshading”. Maar steile valleiflanken worden daardoor soms pikzwart of net geheel wit en je ziet dus niks meer. Maar dankzij het “Profil altimétrique” kunnen we toch het reliëf “zien” en dolines of verzakkingen vinden die anders onzichtbaar blijven.

Kortom, een geweldige tool waar we nog veel tijd mee gaan besparen. Niet dat je elke grotingang nu precies kan aanduiden, maar je kan minstens de hoogte van een nabijgelegen, herkenbaar punt in het landschap vinden vanaf waar je een stukje oppervlaktetopo van kan maken.

Let wel op: Het Lidar digitaal terreinmodel (MNT) is zodanig geprogrammeerd dat een aantal zaken worden weggefilterd omdat die niets met het oppervlak van het terrein te maken hebben: bomen of huizen bv. maar evengoed misschien een bruggetje of zo, waar je nu net met je topo van wilde vertrekken. Altijd bij de les blijven dus en best meerdere hoogtemetingen doen nabij het punt dat je voor ogen had.

1 opmerking :

  1. Da's nu weer eens een voorbeeld dat om navolging vraagt bij onze Franse buren !

    BeantwoordenVerwijderen